Bep staat aan de wieg van het Jongeren Onderwijs Programma (JOP) en de Mannensociëteit. Als interne begeleider staat ze altijd klaar voor onze vrijwilligers. Aandacht en respect voor de ander zijn typerend voor Bep. Ter gelegenheid van haar afscheid zet de redactie van deze nieuwsbrief Bep in het zonnetje. Wij gaan haar missen!
Hoe ben je bij het Vicki Brownhuis terechtgekomen?
“Toen ik tien jaar geleden met pensioen ging, zocht ik naar een omgeving waar ik een maatschappelijke bijdrage kon leveren. Ik heb altijd in de zorg gewerkt en mijn voorkeur ging uit naar de terminale zorg en stervensbegeleiding. Ik heb gezien wat een aanraking betekent voor een terminale patiënt en ook hoe angst voor het onbekende familieleden kan verlammen. Een klein beetje sturing kan dan veel troost bieden.
Vanuit deze voorkeur solliciteerde ik eerst bij het Hospice Rosmalen. Dat was toen net gestart. Toen ik daar op een wachtlijst kwam, besloot ik om verder te kijken. Ik stuurde een open sollicitatie naar het Vicki Brownhuis. Zo is het begonnen.
Ik voelde me meteen op mijn plaats. De psychosociale ondersteuning die wordt gegeven in het Vicki Brownhuis aan mensen met kanker en hun naasten past me als een warme jas. Ik kon mijn ervaring uit mijn vorige loopbaan meteen toepassen; ik kon luisteren naar de behoeften en angsten van onze gasten en echt iets voor hen betekenen. Ook kreeg ik alle ruimte om mij persoonlijk te blijven ontwikkelen en uitdagingen aan te gaan”.
Je bent de oprichter en drijvende kracht achter het Jongeren Onderwijs Programma (JOP) van het Vicki Brownhuis. Kun je daarover iets vertellen?
“De laatste functie voor mijn pensioen was bij de Van Neynsel Groep. Dit is de overkoepelende organisatie van alle verzorgings- en verpleeghuizen in ’s-Hertogenbosch. Ik was daar als opleidings- en stagecoördinator altijd bezig met leerlingen en stagiaires. Daar kreeg ik energie van.
Toen ik tien jaar geleden in het Vicki Brownhuis startte, lag de drempel voor onze gasten hoog. Mensen liepen een paar keer langs het raam voordat ze naar binnen durfden te komen. Het beeld was dat het huis voor vrouwen met borstkanker was, dus er kwamen bijna geen jongeren. Dat moest veranderen, vond ik”.
En toen startte je met JOP?
“Samen met Bernadette en Miny ontwikkelde ik een lesprogramma voor jongeren van 14-15 jaar. Ik had goede contacten met Avans, het Koning Willem I College, het Jeroen Bosch College en vele andere scholen, en die ben ik gaan bellen. We boden ze een lesprogramma aan met als aandachtspunten: wat is het Vicki Brownhuis, kanker bespreekbaar maken en schelden met kanker. Deze lessen waren onderdeel van maatschappijleer. Op veel scholen is het nu onderdeel geworden van het vaste lespakket.
Scholen verbaasden zich erover hoeveel wij in één uur voor elkaar konden krijgen bij jongeren die nooit over hun problemen wilden praten. Zo herinner ik me een stoere jongen die eerst helemaal niet openstond voor ons verhaal, maar die toch over zijn oma vertelde en de tattoo die hij na haar overlijden op zijn buik had laten zetten. Een andere keer was de hele klas overstuur toen ze begrepen hoeveel verdriet een meisje had over de dood van haar moeder. Dat meisje had daar nooit eerder over gepraat”.
In het lesprogramma van JOP zat ook Schelden met kanker. Hoe ging dat?
“Aan het einde van de les nodigden wij leerlingen uit om hun ‘kanker’-scheldwoorden in een koffertje te gooien en ze daarna niet meer te gebruiken. Als niemand de eerste durfde te zijn, begonnen wij zelf en dan kwamen ze wel los. Een mooie anekdote is die van een leerling van wie het vriendinnetje net verteld had dat haar moeder kanker had. Deze zei toen: ‘Ik zal proberen om niet meer ‘krijg de kanker’ te zeggen, maar kan het niet beloven’. Dat is voor mij al voldoende”.
Je bent er een jaartje tussenuit geweest, begrijp ik?
“Dat klopt. In dat jaar hebben andere gastvrouwen het jongerenprogramma overgenomen. Toen ik terugkwam, ben ik gastvrouw geworden en al snel interne begeleider. Als interne begeleider ben je contactpersoon voor alle vragen die er vanuit de gastvrouwen, -heren en de activiteitenbegeleiders komen. Het coachen van gastvrouwen en -heren is een belangrijk onderdeel van de rol van een interne begeleider; diversiteit in gastvrouwen en -heren is heel fijn maar heeft ook aandacht nodig”.
Wat vind jij het mooiste aan het werken bij het Vicki Brownhuis?
“Ik ben een ‘mensenmens’; het omgaan met mensen en iets voor hen kunnen betekenen is een belangrijke prikkel voor mij. Ik vind het daarom fijn om individuele gesprekken met onze gasten te voeren en aan hen verwenmomenten en activiteiten te kunnen aanbieden zodat ze even niet met hun kanker bezig hoeven te zijn.
In de tien jaar dat ik me inzet voor het Vicki Brownhuis is het aantal activiteiten voor onze gasten flink uitgebreid, zodat we voor jong en oud iets kunnen bieden dat aansluit op zijn of haar behoefte. We zijn daarvoor ook gericht nieuwe gastvrouwen en -heren gaan werven”.
Ik begrijp dat je ook in het werving- en selectieproces een grote rol speelt. Waar let je op?
“Drie gastvrouwen houden zich samen met de directeur bezig met werving en selectie van nieuwe gastvrouwen of -heren. Een goede gastvrouw of -heer heeft een luisterend oor en de gave om te communiceren. Ook kan hij of zij zich goed inleven in de gast.
Een warme en open persoonlijkheid is daarom belangrijk; soms heb ik nog niet eens naar de cv gekeken en kan ik al inschatten of iemand geschikt is. Maar ik heb me ook wel eens grandioos vergist! Al onze gastvrouwen en -heren krijgen een inwerktraject van ongeveer twaalf weken, aangevuld met een training van IPSO. IPSO is de overkoepelende organisatie van alle inloophuizen. Na de inwerkperiode weten we heel goed wat iemand in huis heeft en of we met elkaar verder gaan”.
Hoe zit het met voormalige gasten van het Vicki Brownhuis die gastvrouw of -heer willen worden?
“Vaak willen voormalige gasten die het heel fijn hebben gehad, hun eigen ervaringen uitdragen. Dat is heel mooi natuurlijk. Waar ik dan extra op let, is of hij/zij werkelijk klaar is voor de rol van gastvrouw of -heer. In de gesprekken met gasten moet je je volledig kunnen richten op wat de gast nodig heeft. Het verwerkingsproces van hun eigen kanker moet daarvoor een plaats hebben gekregen. Anders kun je niet open staan voor de gast zonder daarbij zelf emotioneel geraakt te worden”.
Na tien jaar is het tijd voor afscheid van het Vicki Brownhuis. Wat zijn je plannen?
“Ik ben dankbaar voor alle kansen die het Vicki Brownhuis me heeft gegeven. Ik heb altijd alle ruimte gekregen om mijn werk voor het Vicki Brownhuis te kunnen doen. Het Vicki Brownhuis voelde als een warm bad, dus ik neem afscheid van iets moois dat me heel dierbaar is.
Maar het wordt tijd dat ik, samen met mijn man, echt met pensioen ga en dat ik aandacht ga geven aan mijn eigen netwerk. Ik krijg de tijd om te wandelen, fietsen en tuinieren. Iemand zei eens: ‘Ik wil stoppen voordat ik in de weg ga lopen’, dat spreekt mij erg aan. Ik heb alle vertrouwen in de nieuwe ontwikkeling van het Vicki Brownhuis. Naast de klinische zorg moet de psychosociale ondersteuning een onderdeel worden van het behandelingsplan voor mensen met kanker. De inzet en actiebereidheid van vrijwilligers om dit te bereiken is groot.
Alle betrokkenen bij het Vicki Brownhuis bedankt voor de mooie tijd; ik ga jullie missen”.
Jacqueline Crooijmans, directeur van het Vicki Brownhuis over Bep
“Hoezeer wij Bep ook zullen missen, hoe leuk is het om haar de primeur te geven in de nieuwe rubriek ‘In het Zonnetje’. Bep is tien jaar in touw geweest voor het Vicki Brownhuis. Ik heb haar pas vijf jaar geleden, toen ik in dienst ben gekomen, leren kennen. Vanaf de allereerste ontmoeting heb ik de kennis, levenswijsheid, onaflatende energie en betrokkenheid van Bep mogen ervaren. Vele projecten en activiteiten als ook de begeleiding van vrijwilligers heeft zij op zich genomen of zijn op haar pad gekomen. De sociale antenne en persoonlijke empathie van Bep zijn kenmerkend voor haar gedrag en houding. Zij heeft een substantiële bijdrage geleverd in het bijna dertig jaar bestaan van het Vicki Brownhuis. Dit jubileum vieren wij in 2022. Ik hoop van harte dat Bep in dat jaar bij veel festiviteiten aanwezig zal zijn. Bep, heel veel dank voor alles wat je voor het Vicki Brownhuis gedaan hebt”.